Schrijver Willy Berends levert 'keihard bewijs': Twente is een stam
In dit artikel:
Willy Berends, geboren Enschedeër, presenteert in zijn nieuwe boek De laatste stam een lange geschiedenis van Twente: hij ziet Twentenaren als de overgebleven “stam” van Nederland en traceert hun sporen over circa 2000 jaar. Het boek — fysiek zwaar door honderden foto’s en archiefmateriaal — start symbolisch op de Tankenberg bij Oldenzaal, waar volgens Tacitus in 14 na Christus de Tubanti de godin Tanfana vereerden. Een grote offersteen die daar lang lag siert de omslag van zijn boek; Berends beschouwt dit soort keien als tastbare dragers van de Twentse ziel.
Het project begon in 2014, toen Berends ontdekte dat weinig mensen wisten van de diepe ouderdom van Twente. Wat als één boek bedoeld was, groeide tijdens het schrijven uit tot vier delen; het eerste is verschenen en een volgend deel staat gepland voor november. Berends werkte vaak met twee vrienden, Marcel Waanders en Olaf Visscher — zij brachten de auteur, die zelf geen rijbewijs heeft, naar de honderden locaties die hij onderzocht.
Centrale stelling van Berends is dat Twente culturele continuïteit heeft behouden via rituelen en materiële tradities. Hij inventariseerde gewoonten als paasvuren, midwinterhoornblazen, vlöggeln, regionale taalvarianten, vlag en volkslied, maar vooral: de enorme offerstenen die hij in vele kerken terugvond. Duizend kerken bezocht hij volgens eigen zeggen; soms waren het er twintig op een dag. Veel van die keien werden door Twentenaren door de eeuwen heen versleept en opnieuw gebruikt — ook als hoeksteen in christelijke gebedshuizen — en vormen volgens hem bewijs dat oude Germaanse en heidense elementen ononderbroken voortleven in de streek.
Berends combineert veldwerk met archivalia en oude historici; persoonlijker reflecties over zijn eigen identiteit en bezorgdheid over de moderne tijd vermengen zich met historische reconstructie. Hij betreurt volgens eigen zeggen verlies van praktische kennis en gemeenschapszin: hedendaagse jongeren zouden veel minder zelfredzaam zijn dan mensen van twee millennia geleden. Tegelijk waarschuwt hij dat zijn boek geen politiek manifest of wetenschap is; hij wil niet dat het gekaapt wordt door afscheidingsbewegingen. Tegelijk ziet hij een actuele beweging van lokale trots en erkent dat zijn werk die stroming raakt — iets dat hem zowel prikkelt als verontrust. Hij belooft in het volgende deel explicieter te reageren op die ontwikkelingen en ruimte te geven aan de moderne bewegingen rondom Twentse identiteit.
De Laatste Stam is beschikbaar in boekhandels en via de uitgeefsite (delaatstestam.nl). Het boek biedt een mix van local history, spirituele interpretatie en persoonlijke zoektocht: een pleidooi om naar lokale tradities en materiële overblijfselen te kijken als sleutel tot het begrijpen van regionale continuïteit.