Kaasboer verloor terecht zijn vergunning na vondst drugs in kaas
In dit artikel:
De Raad van State heeft geoordeeld dat de gemeente Oldenzaal terecht de standplaatsvergunning heeft ingetrokken van een bekende Twentse kaasverkoper. In 2021 bleek dat op meerdere keren (tot zes keer) in zijn verkochte kazen sporen van amfetamine zijn aangetroffen; de kazen stonden opgeslagen in een loods waar zich een drugslab bevond. De marktkoopman verklaarde verbaasd te zijn en ontkende betrokkenheid, maar zijn stiefzoon en vier anderen kregen wel maandenlange gevangenisstraffen.
De kwestie begon toen het openbaar ministerie de gemeente tipte en Oldenzaal een Bibob-onderzoek (onderzoek naar integriteit en mogelijke criminele betrokkenheid bij vergunningverlening) liet uitvoeren. Het Bibob-formulier vulde de man niet volledig in en bleek informatie over eerdere overtredingen van de Opiumwet te hebben verzwegen — op zichzelf al een wettelijke grond voor intrekking van de vergunning. De gemeente vermoedde bovendien dat de marktstand als dekmantel voor strafbare feiten werd gebruikt. De rechtbank Overijssel verklaarde eerder het beroep van de kaasverkoper ongegrond en de hoogste bestuursrechter bevestigde die uitspraak in hoger beroep. De Raad van State benadrukte het gevaar voor de volksgezondheid en wees erop dat de man vijf jaar na de intrekking (die plaatsvond in november 2021) opnieuw een vergunning kan aanvragen.