In dit Twentse dorp komen tijdens zomerfeesten achttien keer meer bezoekers dan inwoners (en zo doen ze dat)
In dit artikel:
In het Overijsselse dorp De Pollen (ongeveer 500 inwoners) trok het driedaagse Zomerfeest dit jaar zo’n 9.000 bezoekers en groeide daarmee uit tot een van de grootste zomerfestivals van Twente. De organisatie bracht een rits bekende acts naar de pas geplaatste feesttent met puntdaken: donderdagtraditiegerichte optredens met Bouke, vrijdag een gemengde avond met onder meer Jannes, Boh Foi Toch en de Heino’s, en zaterdag een jeugdige knaller met Kriss Kross Amsterdam — een headliner die volgens voorzitter Leon Nijeboer ongeveer €25.000 per uur kostte.
De motor achter het succes is de lokale inzet: meer dan 250 van de circa 500 Pollenaren werkten als vrijwilliger mee aan opbouw, bar en organisatie. Daardoor vullen omliggende dorpen massaal de tent, terwijl veel inwoners zelf vooral meebouwen en één avond dienst doen en de andere avonden zelf kunnen meefeesten. Vrijwilligers hebben gratis toegang en er wordt met lage bijkomende kosten gewerkt; eventuele winst vloeit terug in het programma, wat hoge investeringen in artiesten mogelijk maakt.
Het bestuur begint vrijwel direct na het festival met de voorbereidingen voor volgend jaar, omdat populaire acts vroeg geboekt moeten worden. Het evenement laat zien hoe een kleine gemeenschap met veel inzet en slimme financiële keuzes een buitengewoon groot en gevarieerd dorpsfeest kan neerzetten dat bezoekers uit de hele regio aantrekt.