Dit is de échte bedenker van Lowlands (maar die credits kreeg hij nooit)
In dit artikel:
Gerard “Bunk” Bessels (81) uit Deventer wordt door oud‑organisatoren en pophistorici gezien als de oervader van de Nederlandse festivalcultuur, maar lang bleef zijn rol onopgemerkt. Zijn vroegste en beslissende moment vond plaats in 1967: na een bezoek aan het Londense muziekevenement The 14 Hour Technicolor Dream was hij vastberaden zo’n experience ook in Nederland te realiseren. Geïnspireerd door een regel van Bob Dylan gaf hij zijn initiatief de naam A Flight To Lowlands Paradise en huurde hij de Jaarbeurs in Utrecht, waar hij zonder eigen geld toch een groots, vrijzinnig programma samenstelde met internationale en Nederlandse acts. Het evenement trok ongeveer tienduizend jongeren en werd door bezoekers en journalisten als het eerste echte Nederlandse festival ervaren.
Hoewel later festivals zoals Free Village (Eerbeek, 1969), Lochems Popfestival (1968) en het door Berry Visser georganiseerde Holland Pop Festival (Rotterdam, 1970) vaak als vroege mijlpalen genoemd worden, betuigen hun initiatiefnemers dat Bessels met zijn Jaarbeurs‑manifestatie de weg heeft geplaveid. Visser en Joost Carlier (Lochem) trokken op in de jaren daarna en vonden uiteindelijk het afgelegen polderterrein dat tot het huidige Lowlands uitgroeide; de naam A Flight To Lowlands Paradise werd door Visser geadopteerd en aangepast tot A Campingflight To Lowlands Paradise. Visser erkent nu dat hij Bessels in zijn tijd credits had moeten geven, maar jarenlang kon niemand hem vinden om die erkenning te geven.
Gedurende decennia leefde Bessels als nomadische kunstenaar in heel Europa en daarbuiten — Frankrijk, Duitsland, Italië, India, Malta, Spanje — en raakte daardoor deels uit het zicht van de Nederlandse popscene. De Stentor en anderen zochten herhaaldelijk tevergeefs naar hem; er circuleerden zelfs geruchten over zijn dood. Uiteindelijk bracht opsporing via sociale contacten en Bessels’ dochter Tamara enige duidelijkheid: hij leeft weer in Nederland, schildert nog, maar kampt met lichte dementie en geeft geen mediaoptredens. Tamara vertelt dat haar vader na de jaren als globetrotter jarenlang weinig contact hield, dat hij schulden had opgebouwd en dat Lowlands‑organisatoren in 2017 een schilderij van hem kochten zodat zij zijn schulden kon afbetalen.
Als gevolg van die gebaar en lopende belangstelling verschijnt deze maand het boek Van Flight naar Lowlands, dat Bessels’ rol als pater familias van de Nederlandse festivalcultuur belicht. De presentatie vindt plaats in Deventer en er is gelegenheid op Lowlands zelf eerherstel te tonen: de organisatie wil hem uitnodigen en Tamara zegt dat haar vader nu wel bereid is te komen — in een rolstoel en in beperkte mate — om te zien hoe het festival dat hij ooit in een Jaarbeurs opzet, is uitgegroeid.
Kortom: Bunk Bessels wordt door betrokkenen erkend als de man die het Nederlandse festivalschap ontsproot, maar zijn verdwijning uit het publieke leven en zijn levenskeuze als zwerver zorgden ervoor dat erkenning lange tijd uitbleef. Nu, met een boek, restituerende gebaren en een uitnodiging van Lowlands, krijgt hij alsnog zichtbare waardering.